Een nieuw perspectief in herstelgerichte re-integratie

wibbens-letselschade-nieuw-perspectief-2

Dymphie (34) had een tijdelijk dienstverband voor cateringwerk in een tuincentrum. Zij gleed uit op een gladde vloer in de keuken en liep daarbij een gecompliceerde armbreuk op, met beperkingen als gevolg daarvan. De vloer was niet gekeurd of gecertificeerd en de werkgever was daarom aansprakelijk. Op verzoek van diens verzekeraar en Dymphie’s letselschadeadvocaat werd Wibbens gevraagd Dymphie naar passend werk te begeleiden.

Uitkomsten van het herstelonderzoek

Een eerste analyse door Wibbens bracht aan het licht dat Dymphie weliswaar verbaal zeer vaardig was en een representatief voorkomen had, maar in haar sollicitaties ongestructureerd te werk ging. En hoewel zij voorafgaand aan het letsel een breed arbeidsprofiel had – ze was opgeleid en werkzaam geweest als onderwijsassistent en ze had na haar ontslag uit die aanstelling als gevolg van een reorganisatie uiteenlopende banen gehad – was het CV van Dymphie niet bijzonder aansprekend.

 

Het herstelplan en het herstelwerk

Besloten werd in eerste instantie aan de zelfredzaamheid van Dymphie in haar re-integratieproces te gaan werken. Haar werd geadviseerd hoe ze vacatures moest zoeken, vacatures moest selecteren en vervolgens moest gaan solliciteren. Het bleek echter dat naar de functies van Dymphie’s keuze, richting educatief medewerker en werkbegeleider, op de arbeidsmarkt te weinig vraag was. Daarom werd vervolgens een tweesporenaanpak gevolgd: enerzijds passende arbeid vinden om zo snel mogelijk de inkomensnood van Dymphie te lenigen en anderzijds haar arbeidstoekomst verder ontwikkelen en uitdiepen. Het eerste spoor leidde naar een baan in een keten van parfumerie- en drogisterijzaken, eerst met een nulurencontract en later, omdat zij goed functioneerde, met een contract voor 24 uur. Op dit punt gekomen kon met de aansprakelijke verzekeraar een vaststellingsovereenkomst worden gesloten. Daar werd echter een clausule in opgenomen dat Wibbens zich mocht blijven inzetten voor het tweede spoor in de aanpak, namelijk de ontplooiing van Dymphie’s loopbaanperspectief. Hiertoe verrichtte de loopbaanpsycholoog van Wibbens een intensief capaciteitenonderzoek. Daaruit bleek dat Dymphie vooral tot haar recht zou komen in een analytische functie op de achtergrond, bijvoorbeeld als laborant-analist. Momenteel volgt Dymphie een opleiding in die richting, naast haar baan in de parfumerie- en drogisterijketen. Op deze wijze kon haar herstelgerichte re-integratietraject met een nieuw perspectief worden afgerond.